Nederlands
Venezuela 2012: een reisverslag (deel 1 van 3)
- 01 October 2012
Sinds 1997 ga ik regelmatig naar Venezuela. Ik zag hoe het land veranderde. Ook dit jaar ging ik samen met mijn Venezolaanse vrouw weer voor enkele weken in augustus en september op familiebezoek. Ik praatte met heel wat mensen op verschillende plaatsen, nam deel aan volksbijeenkomsten, bezocht projecten van de regering.
Graag wil ik door middel van dit verhaal mijn ervaringen delen. Neutraal ben ik niet: ik ben Chavist (aanhanger van Chávez). Neutraliteit bestaat in mijn ogen ook niet: iedereen heeft wel een bepaalde persoonlijke opinie over een onderwerp. Ik ben wel objectief: ik zal u vertellen wat ik gehoord en gezien heb.
Dit is het eerste deel van het verslag.
De eerste indrukken
Bij aankomst op de luchthaven van Maiquetía (Caracas) kan ik vaststellen dat we heel wat minder lastig gevallen worden dan voorheen het geval was. Vroeger probeerde men de toeristen naar illegale taxi’s te lokken. Meestal was dat niet echt met slechte bedoelingen, maar toch liep dat soms fout en werden de toeristen, eens ze in de taxi zaten, beroofd door de piraten. Ik had al gehoord dat de regering hier maatregelen tegen genomen had, en inderdaad: het schijnt te werken. Buiten staan ook enkel maar officiële taxi’s (die wel zeer duur zijn). In de luchthaven zelf is de service ook verbeterd: perfecte toeristische dienst, waar je gratis kan bellen. In een kiosk, waar ik een frisdrank koop, willen ze zelfs geen fooi aanvaarden, want alles moet nu officieel op factuur. Het is ooit wel anders geweest: het telefoontje zou je zeker geld gekost hebben, dat in de broekzak van de ambtenaar verdween, en in plaats van de fooi zou men zelf iets verzonnen hebben om in ieder geval meer te vragen.
We vertrekken met de taxi naar Macuto. Daar zullen we één nacht doorbrengen om ’s anderendaags verder landinwaarts te trekken, daar waar een deel van de familie woont. De weg naar Macuto is volledig vernieuwd, met een mooie middenberm. Langs de weg zien we moderne sportvelden die druk bezet zijn. We zien zowel propaganda voor Chávez als voor Capriles (de oppositiekandidaat voor de presidentsverkiezingen van 7 oktober). Zij die beweren dat ze ziek worden van de alomtegenwoordigheid van Chávez vertellen dus slechts de helft van het verhaal. Ook Capriles kom je overal tegen, en daar word ik dan weer ziek van.
In Macuto is de regering begonnen met de aanleg van een groot park langs de kustlijn. Men investeert volop in toerisme. De kustlijn kan ’s avonds rustig bezocht worden. Twee jaar geleden was dat nog problematisch vanwege de aanwezigheid van nogal ongure figuren.
Tot zover alles prima. De eerste indrukken zijn goed. Maar de dag nadien zullen we Mario “El Portu” tegenkomen.
Veiligheid, criminaliteit en Mario “El Portu”
Criminaliteit is nog steeds een groot probleem in Venezuela. Chávez gaf dat zelf toe op TV. Hij roept trouwens op tot zelfkritiek: het probleem mag niet genegeerd worden. Ook in zijn zeer degelijk uitgewerkt programma voor de (eventueel) volgende regeerperiode wordt uitgebreid aandacht besteed aan het probleem en worden mogelijke oplossingen aangeboden.
Criminaliteit moeten we echter in een historisch perspectief zien. Ongelijkheid werkt criminaliteit in de hand. Tijdens de 4de Republiek (de periode vanaf 1952 tot 1999), en vooral in de jaren ’90 kende de misdaad een exponentiële groei, vanwege de uitsluiting waarop de leiders uit die periode hun politiek baseerden. De gevolgen van die ongelijkheid zijn nog steeds niet helemaal weggewerkt, hoewel er gigantische stappen in de goede richting gezet werden. Dit kan een generatie lang duren. Ondanks de initiatieven die al genomen werden, stijgen de misdaadcijfers nog steeds, maar niet meer zo sterk als tijdens de 4de Republiek. Cijfers bewijzen ook dat de stijging groter is in de regio’s met een oppositiebestuur.
Maar goed, we gingen het over Mario “El Portu” hebben. Criminaliteit is immers niet enkel schietgeweren en wolfsijzers. Mario is een man die ik al jaren ken. Hij woont in het dorp waar mijn schoonbroers wonen. Hij was zogezegd altijd een vriend. En hij zou ons wel komen ophalen met de auto in Macuto, samen met mijn schoonbroer. “Kwestie van een vriendendienst”, had hij gezegd. Mario arriveerde keurig op tijd in Macuto, en we boden hem ontbijt aan, voor we naar Tucacas trokken. Onderweg deed hij een voorstel om nog een hapje te gaan eten. Hij wist wel een goed “restaurantje”. Het bleek een chique zaak te zijn, met prijzen die door het plafond gingen. Ach, ja, hij bewees ons een vriendendienst, dus we betalen het etentje wel. Kostprijs: 500 Bvs (Bolivares: nationale munteenheid: 1 Euro = 5,6 Bvs). Hier moet een arbeider ongeveer een week voor werken. Verder vindt hij het ook nog nodig ons te vertellen dat hij niet meer in de regering Chávez gelooft, want Chavisten zouden gewelddadig zijn. Als ik hem dan de opmerking maak dat het bewezen is dat het de oppositie is die gewelddadig is, en naar de staatsgreep van 2002 verwijs, weet Mario het beter, want: “De staatsgreep werd door Chávez zelf gepland en opgezet. De regering liegt. Het schietincident op Puente Llaguno gebeurde na de gijzeling van Chávez. En mocht Capriles de verkiezingen winnen dan zullen de Chavisten, net als toen, voor een bloedbad zorgen”. Ik heb maar niet meer geantwoord. Na aankomst in Tucacas vraag ik hem uit beleefdheid hoeveel we hem schuldig zijn (een volle tank benzine kost in Venezuela ongeveer 5 Bvs = 1 Euro). Zijn antwoord: “Ach, geef maar 1000 Bvs”. Hier moet een arbeider ongeveer 2 weken voor werken. Mario is een oplichter, een crimineel, die op één dag tijd op een slinkse manier een half maandloon in het zwart wil verdienen, zonder daar ook maar 1 Bvs belasting op te betalen. Ik heb hem betaald, maar ik heb hem verder niet meer gesproken, en zal hem ook nooit meer spreken. Mario baat een klein hotelletje uit in Tucacas. Ik heb medelijden met zijn klanten.
Het zijn dit soort mensen die het hardst klagen over criminaliteit, terwijl ze zelf voortdurend met illegale zaken bezig zijn. En Mario is niet de enige. Oplichterij is schering en inslag: in het openbaar vervoer (privéfirma’s), de taxi’s, de kruidenier (die een vervaldatum vervalst of de wet op de maximum prijzen niet naleeft), en natuurlijk de grote ketens en privébedrijven niet vergeten.
Tijdens een busreis van Tucacas naar Coro waren we ook getuige van een misdrijf: het misbruik in het openbaar vervoer, dat nog grotendeels in handen is van privéfirma’s (de buslijnen dan toch). Het was een bus van de firma Transporte Coromoto. Hoewel het verplicht is het tarief duidelijk zichtbaar te maken in de bus, was dat niet gebeurd. Je hebt dus geen enkel idee over de prijs. In Venezuela werken er twee personen in zo’n bus: een chauffeur en een collecteur (iemand die het geld ophaalt). Toen die laatste ons aansprak, begon hij al met een smoes: er zou een omleiding zijn en daarom zou de rit meer kosten. Stel je voor! De prijs: 90 Bvs per persoon, wat ons naar Venezolaanse normen toch wel vrij duur leek voor een rit van ongeveer 200 kilometer. Maar goed, ik had geen zin om een discussie te starten, en ik betaalde dan maar. Even later kwamen we van de andere passagiers te weten dat diegenen die in San Felipe vertrokken waren (rit van 290 kilometer) slechts 60 Bvs betaald hadden. Pure willekeur dus. En het was niet de eerste keer dat we dergelijke zaken meemaakten, de jaren voordien was het ook al zo. Onderweg vond de collecteur het ook nog nodig om zich bijzonder arrogant en onbeschoft te gedragen, terwijl de chauffeur het niet kon laten om voortdurend met zijn gsm te bellen, en daardoor bijna een ongeval veroorzaakte. Maar toen kwam de verrassing: de passagiers kwamen in opstand. Tot voor kort zou dat niet zo vanzelfsprekend geweest zijn. De gelatenheid van vroeger, veroorzaakt door de uitsluiting tijdens de vorige regeringen, was verdwenen. Yes! Verzet! Ze pikten het gedrag van de chauffeur niet, en eisten dat hij onmiddellijk stopte met telefoneren. Er kwam nog wat verzet van de collecteur, die zelfs een passagier bedreigde, maar ook hij moest inbinden. En dit was zeer hoopgevend: het volk in opstand tegen onrechtvaardigheid, tegen misbruik: eindelijk! Nu nog de steun van de regering: de privévervoersmaatschappijen moeten onteigend en genationaliseerd worden, zodat er een prijscontrole en betere service komt. Dit soort misbruik mag niet getolereerd worden. En toch vinden sommigen nog dat Chávez de privé met rust moet laten. Neen dus! Hier zijn wel degelijk goede redenen aanwezig om de volledige sector van het openbaar vervoer te nationaliseren. En de eerste stappen zijn al gezet: er verschijnen alle rode bussen, eigendom van de staat. Het gaat dus de goede richting uit.
De verplichte prijs van een gasfles is 3,7 Bvs (0,7 Euro). Speculanten en privéfirma’s trekken zich daar niets van aan. Ze zorgen voor schaarste op de markt en sturen dan de prijzen in de hoogte, tot wel 30 Bvs (5,4 Euro). Dit is illegaal, dit is een misdrijf en een reden te meer om ook de distributie van producten zoals gas en voeding volledig te nationaliseren, om betere controle te garanderen.
Criminaliteit aanpakken moet dus ook, en vooral, een taak van het volk zijn. Gemeenschapspreventie noemt men dat. Eerst in eigen boezem kijken. Zij die klagen over criminaliteit hebben vaak kinderen of familieleden die zelf met het gerecht in aanraking kwamen of zich ongestraft schuldig maken aan oplichterij. Het begint dus ook bij de opvoeding van de eigen kinderen. Hier moet nog gewerkt worden aan sensibilisering, aan meer inzet en motivatie van het volk om, samen met de regering, de misdaad te bestrijden. Er zijn al stappen in de goede richting gezet. De regering riep nog niet zo lang geleden een nieuwe politie-eenheid in het leven, met als specifiek doel: het bestrijden van misdaden. Er werden, met succes, acties gevoerd om illegale wapens uit het circuit te halen. In het eerste trimester van 2012 was het aantal moorden met 20% gedaald in 2 probleemwijken in Caracas. Men is ook begonnen met het plaatsen van camera’s op minder veilige plaatsen. En ook het volk is duidelijk al beter gemotiveerd, meer bewust dat ook het mee aan de basis moet liggen van de oplossingen voor problemen (waarover meer verder in dit artikel).
Als de inspanningen van zowel regering als van het volk verder in gunstige zin evolueren, als verder gewerkt wordt aan het uitroeien van ongelijkheid (en ik ben er rotsvast van overtuigd dat een regering onder Chávez dat zal doen), dan zal met zekerheid de criminaliteit significant afnemen.
De infrastructuur
De escuálidos (zo worden de meest fervente tegenstanders van Chávez genoemd) klagen merg en been over de toestand van het wegennet. Ze doen dat niet enkel in Venezuela, maar ook via de sociale netwerken zoals facebook. Het is namelijk hun strategie zich te concentreren op afzonderlijke thema’s. Volgens hen rijd je van de ene put in de andere. En het klopt ook wel dat het wegennet in minder goede staat is dan twee jaar geleden. Sommige wegen en snelwegen zijn aan herstelling toe. Maar de regering startte ondertussen al een zeer groot project op (Fiesta del Asfalto) om overal in het land, daar waar nodig, de wegen te herstellen. We hebben zelf kunnen vaststellen dat op verschillende plaatsen het oude asfalt verwijderd wordt, en een nieuwe laag aangebracht wordt. Bovendien is het zo dat vele wegen wel degelijk in goede staat zijn, en dat er elk jaar weer nieuwe autostrades bijkomen.
Ook zijn er werken aan de gang om voor nieuwe treinverbindingen te zorgen. Vanwege het ruwe terrein zijn dit gigantische werken met veel tunnels, bruggen en viaducten. Het oude spoorwegnetwerk en rollend materiaal werden door de vorige regeringen zo verwaarloosd dat ze niet meer te redden waren. We konden ook de eerste locomotieven en wagons zien die op de sporen gezet werden.
Het metronetwerk van Caracas wordt voortdurend uitgebreid sinds de regering Chávez. De metro werd geopend in 1983. In de figuur hiernaast is te zien wat de leiders van de 4de Republiek verwezenlijkten in 16 jaar tijd (1999) en de huidige staat van het metrosysteem, met uitbreiding van de bestaande lijnen, bouw van 5 nieuwe lijnen, waaronder metrocables (uitbreiding van de metro via kabelbanen naar de hoger gelegen gebieden), en cabletren (een volautomatisch systeem zonder bestuurder met treinen die op verhoogde rails rijden). De prijs per rit is 1,5 Bvs, of 0,27 €. Dit soort vergelijkingen maakt de oppositie liever niet, natuurlijk. Ook in Valencia werd in 2006 een metro ingehuldigd, die nog steeds uitgebreid wordt.
Er werden splinternieuwe hovercrafts aangekocht die 8 ton goederen en 21 personen kunnen vervoeren. Ze zullen ingezet worden op de Orinoco-rivier, om de bereikbaarheid van de gemeenschappen langs de oevers te verbeteren.
Langs de wegen zie je ook overal nieuwe woonwijken die uit de grond rijzen. Eén van de projecten van de regering is het volk een waardige woning aan te bieden aan zeer betaalbare prijzen (met staatsleningen). Bij de bouw van deze splinternieuwe wijken wordt er ook meteen een school, een medisch centrum en sportaccommodatie bijgebouwd.
In deelstaat Sucre is men begonnen met het aanleggen van aardgasleidingen.
We zagen ook twee splinternieuwe thermo-elektrische centrales. Na de problemen met de energiebevoorrading in 2010, ten gevolge van de enorme droogte (Venezuela betrekt een groot deel van zijn elektriciteit uit waterkrachtcentrales), maar ook ten gevolge van sabotage en de verouderde installaties, die verwaarloosd werden tijdens de 4de Republiek, beloofde Chávez een meer betrouwbaar elektriciteitsnetwerk te bouwen. En dat is nu in 2012 al te merken. Er zijn dan ook al minder elektriciteitspannes dan vroeger, en als ze er toch zijn worden ze vaak toegeschreven aan sabotage. En het is niet de regering die dat zegt, vele mensen waarmee we praatten zijn ervan overtuigd dat er vaak kwaad opzet in het spel is. Een onderdeel van de strategie van de oppositie is namelijk: sabotage plegen op allerhande vlakken en de regering de schuld geven. Het is een smerige manier om de Revolutie in diskrediet te brengen.
Ook belangrijk om weten: in de deelstaat Miranda, waar Capriles gouverneur is, is de infrastructuur in erbarmelijke staat. Er wordt zo goed als niet geïnvesteerd in de wegen, de huizen, de kustgebieden en de stranden. Als er dan al nieuwe” bouwprojecten” zijn, dan zijn de “nieuwe” huizen die aangeboden worden niet veel beter dan de oude. Dit alles werd aangeklaagd door de gemeenschappen in Miranda, en er werden vele beelden getoond. Hoe zou een man als Capriles iets kunnen betekenen voor Venezuela? Zijn eigen deelstaat brokkelt steeds verder af.
Deel 2 van dit verslag spoedig op deze site...